In een onbezonnen moment had ik de kinderen beloofd met ze te gaan zwemmen. En dan niet in het goedkope, kleine, en dus overzichtelijke zwembad in Zelhem, nee het moest het would-be tropische zwemparadijs zijn.
In plaats van mijn kans te grijpen en geheel onder het zwemmen uit te komen stemde ik, gedreven door het verlangen een Leuke Moeder te zijn, toe in het duurdere zwemparadijs.
Maar het punt met zwemmen is dat je er badkleding voor nodig hebt. En mijn zwemgarderobe bestaat weliswaar uit één zwempak en één bikini, maar het zwempak vereist een verzorgde bikinilijn, en viel dus af.
De bikini daarentegen heeft een koket rokje, dat alle oneffenheden verdoezelt en waarin ik mij graag verbeeld dat ik lijk op Jane. Je weet wel, die van Tarzan.
'Ahoewaaaaa!' hoor ik in gedachten, en elk moment verwacht ik dan te worden weggezwiept via een liaan door mijn Tarzan.
Het probleem met de bikini is alleen dat het broekje de neiging heeft haar eigen weg te gaan tijdens het zwemmen. Namelijk via mijn heupen en knieën, over de voeten, om dan schaterlachend in de donkere diepten te verdwijnen.
'Dan ga ik wel gewoon zítten in zo'n tuinstoel,' besloot ik en hees me in de bikini.
Maar dit bleek een onhoudbare positie. Afgezien van de tropische zwembadhitte, vonden de kinderen het 'niet leuk' als ik niet in het water kwam. Dus daalde ik bevallig het water in, en paste goed op geen onverwachte bewegingen te maken. En als Bo Derek verrees ik telkens langzaam uit het water. 'Ik kan wel in James Bond!' dacht ik vergenoegd.
Om tien uur had ik eigenlijk wel zin in koffie, maar de 'beach bar' achter een onbestemde witte deur, bleef hardnekkig gesloten. Om elf uur zag ik hem op een kier staan, en ik snelde er naar toe. In het hok dat de Beach Bar was, legden een meisje en een jongen geconcentreerd duizenden rietjes in een glazen schaal, roerden wat in een pan met frituurvet, en negeerden zorgvuldig de groeiende rij klanten.
Na een tijdje begon het me te vervelen en ik vroeg aan de mevrouw voor mij: 'Heeft u al besteld?'
'Nee, ík wacht gewoon rustig af,' zei de mevrouw op zalvende toon, en beschaamd over mijn ongeduld trok ik mij terug.
Maar na een tijd werd het zelfs haar te gortig en ze riep naar binnen: 'Kan ik al wat te drinken bestellen?'
'Drinken kan wel,' zei de jongen, en verheugd nam ik een stap naar voren.
'Maar geen koffie! Die moet nog doorlopen.'
En terwijl de mevrouw vóór mij een patatje-met bestelde, want het frituurvet was wèl klaar, slofte ik terug naar mijn plastic tuinstoel.
Twee uur heb ik het nog volgehouden. Toen kwam er een horde opgeschoten jongens binnen, met hun onderbroek nog aan onder de zwembroek, en snakte ik naar Tarzan die mij kwam redden. Maar als moderne vrouw moet je nu eenmaal alles zelf doen, dus heb ik mijzelf maar gered.
En thuis koffie gedronken.
14
In plaats van mijn kans te grijpen en geheel onder het zwemmen uit te komen stemde ik, gedreven door het verlangen een Leuke Moeder te zijn, toe in het duurdere zwemparadijs.
Maar het punt met zwemmen is dat je er badkleding voor nodig hebt. En mijn zwemgarderobe bestaat weliswaar uit één zwempak en één bikini, maar het zwempak vereist een verzorgde bikinilijn, en viel dus af.
De bikini daarentegen heeft een koket rokje, dat alle oneffenheden verdoezelt en waarin ik mij graag verbeeld dat ik lijk op Jane. Je weet wel, die van Tarzan.
'Ahoewaaaaa!' hoor ik in gedachten, en elk moment verwacht ik dan te worden weggezwiept via een liaan door mijn Tarzan.
Het probleem met de bikini is alleen dat het broekje de neiging heeft haar eigen weg te gaan tijdens het zwemmen. Namelijk via mijn heupen en knieën, over de voeten, om dan schaterlachend in de donkere diepten te verdwijnen.
'Dan ga ik wel gewoon zítten in zo'n tuinstoel,' besloot ik en hees me in de bikini.
Maar dit bleek een onhoudbare positie. Afgezien van de tropische zwembadhitte, vonden de kinderen het 'niet leuk' als ik niet in het water kwam. Dus daalde ik bevallig het water in, en paste goed op geen onverwachte bewegingen te maken. En als Bo Derek verrees ik telkens langzaam uit het water. 'Ik kan wel in James Bond!' dacht ik vergenoegd.
Om tien uur had ik eigenlijk wel zin in koffie, maar de 'beach bar' achter een onbestemde witte deur, bleef hardnekkig gesloten. Om elf uur zag ik hem op een kier staan, en ik snelde er naar toe. In het hok dat de Beach Bar was, legden een meisje en een jongen geconcentreerd duizenden rietjes in een glazen schaal, roerden wat in een pan met frituurvet, en negeerden zorgvuldig de groeiende rij klanten.
Na een tijdje begon het me te vervelen en ik vroeg aan de mevrouw voor mij: 'Heeft u al besteld?'
'Nee, ík wacht gewoon rustig af,' zei de mevrouw op zalvende toon, en beschaamd over mijn ongeduld trok ik mij terug.
Maar na een tijd werd het zelfs haar te gortig en ze riep naar binnen: 'Kan ik al wat te drinken bestellen?'
'Drinken kan wel,' zei de jongen, en verheugd nam ik een stap naar voren.
'Maar geen koffie! Die moet nog doorlopen.'
En terwijl de mevrouw vóór mij een patatje-met bestelde, want het frituurvet was wèl klaar, slofte ik terug naar mijn plastic tuinstoel.
Twee uur heb ik het nog volgehouden. Toen kwam er een horde opgeschoten jongens binnen, met hun onderbroek nog aan onder de zwembroek, en snakte ik naar Tarzan die mij kwam redden. Maar als moderne vrouw moet je nu eenmaal alles zelf doen, dus heb ik mijzelf maar gered.
En thuis koffie gedronken.