Mijn twee jaar jongere zusje bezocht met zoveel plezier het Deebeetje-kamp dat ik een zonnige zomer bedacht dat ik daar ook wel heen wilde. Drie martelende dagen vol heimwee volgden.
Ik had heimwee tijdens de spannende speurtochten, ik had heimwee tijdens de groepsspelletjes en ik had heimwee tijdens de avonturen die we beleefden. De enige momenten dat ik geen heimwee had was 's avonds in bed, als we eindelijk met rust werden gelaten en ik rustig kon lezen.
Op de derde dag kwam ik ongelukkig ter val met mijn fiets, een gelegenheid die ik dankbaar aangreep om in tranen uit te barsten en te verklaren: 'Ik wil naar huis!'. Ik bleek onvermurwbaar in die wens, ondanks allerlei interventies, en uiteindelijk zwichtten de kampleiding en mijn ouders en mocht ik naar huis.
Het is dan ook met een mengeling van verbazing en schuldgevoel dat ik mijn kinderen naar hun scoutingkampen breng terwijl ik handenwrijvend zeg: 'Leuk hè, zo'n kamp! Mama zou willen dat zij ook mocht!'
Zoals ik al vaker schreef: theorie en praktijk staan bij mij op gespannen voet.
In theorie vind ik zo'n kamp geweldig klinken: leuke dingen doen, avonturen beleven enz. Het is de praktijk die weerbarstig blijkt.
Wat dat betreft hebben kamp en moederschap veel met elkaar gemeen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Nicole Orriëns. Mogelijk gemaakt door Blogger.
Heimwee...gelukkig hebben mijn kinderen er geen last van, voor mij was op kamp gaan één periode van naar huis willen:-)
BeantwoordenVerwijderenKamp en mijn persoontje gaan ook niet zo goed samen... Het zou natuurlijk te maken kunnen hebben met mijn aangeboren antipathie tegen tenten. Of ongedierte. Of een combinatie van die twee...
BeantwoordenVerwijderen"Theorie en praktijk staan bij mij op gespannen voet. "
BeantwoordenVerwijderenHahaha, mijn pedagogische dilemma's in een notedop!