Gisteren gleed Ot uit in de badkamer en viel daarbij dusdanig met zijn hoofd tegen een kastje dat daarin een grote bloedende gleuf verscheen.
Gealarmeerd door Teuntje rende ik naar boven waar ik bebloede Ot aantrof op de badkamervloer. Ik pakte een washandje om het bloeden te stelpen en joeg de toegestroomde ramptoeristen, Jan en Maartje, weg. Nadat ik Ot teder op zijn bed had getild lichtte ik voorzichtig het washandje op om de schade te bekijken. Snel duwde ik het weer terug, want daar op Ots hoofd, prijkte een bloederig ravijn. Enigszins licht in mijn hoofd zei ik op geruststellende toon tegen Ot: "We gaan eventje naar het ziekenhuis Ot, dan gaan ze daar je hoofd weer maken. De pleister voor deze wond is namelijk nog niet uitgevonden."
Ik rende naar de telefoon en regelde allereerst oppas voor de overige 4 kinderen. Daarna belde ik de huisarts, die er natuurlijk niet was, en noteerde het nummer van de huisartsenpost. Vervolgens belde ik de huisartsenpost en meldde "Mijn zoon is een gat in zijn hoofd gevallen!", waarop een stilte viel. Toen de stilte voortduurde voelde ik sterk de neiging om te vragen "Is dat niet genoeg?", maar herhaalde nogmaals "Mijn zoontje is heel hard gevallen!". Ot was zo vriendelijk nog eens flink te gaan krijsen, en nu reageerde de telefoniste met de mededeling dat ik meteen langs mocht komen.
Op deze donderdagavond waren wij de enigen in de huisartsenpost en werden snel geholpen door een vriendelijke arts. Op de deur prijkten de tarieven: 25 euro voor het telefonische consult, oftewel het telefoontje dat je moet plegen of je mag langskomen, en 75 euro voor het consult van de arts.
Nu zijn we 100 euro armer en Ot is een litteken rijker.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Nicole Orriëns. Mogelijk gemaakt door Blogger.
Heel veel sterkte met je zoon Nicole!
BeantwoordenVerwijderen100 euro?
BeantwoordenVerwijderenLeve België zal ik dan maar zeggen :)